Er wordt veel gepraat over hoeveel diagnostische testen nodig zijn op de geheugenpoli. Nieuw onderzoek laat zien dat mensen die uitgebreider tests kregen, met een amyloid PET-scan, betere gezondheidsuitkomsten hadden. Een preciezere diagnose met een amyloid PET lijkt de kosten te rechtvaardigen, maar de resultaten zijn nog onzeker.

Dit zijn de resultaten van het onderzoek Long-term cost-effectiveness of a more accurate diagnostic work-up for dementia van Pieter van der Veere (Alzheimercentrum Amsterdam) en Hana Broulikova (Gezondheidseconomie Vrije Universiteit). Het onderzoek laat mogelijke voordelen zien van een preciezere diagnose op de geheugenpoli.

Op een amyloid PET-scan wordt gekeken of iemand eiwitten heeft die passen bij de ziekte van Alzheimer. Op basis van de uitslag kan de zorg beter worden aangepast aan de persoon. Een amyloid PET-scan is echter duur, dus het is belangrijk om te weten of de voordelen opwegen tegen de kosten.

In dit onderzoek zijn de zorgkosten, opname in het verzorgingstehuis, en overlijdens vergeleken over een periode van vijf jaar tussen mensen die wel een amyloid PET-scan kregen en mensen die dat niet kregen. We hebben statistische methode gebruikt om de verschillen tussen de groepen te verkleinen. Toch bleven er verschillen, omdat mensen met een amyloid PET-scan waarschijnlijk meer kennis over hun gezondheid en de gezondheidszorg hadden.

Aanwijzingen dat uitgebreidere diagnostiek het geld waard is

Het onderzoek suggereert dat uitgebreidere diagnostiek het geld waard kan zijn omdat mensen met de extra test langer thuis bleven wonen. Het is alleen niet uit te sluiten dat dit komt door verschillen tussen de groepen en niet door de scan. Toch geeft dit onderzoek aanwijzingen dat een preciezere diagnose kan leiden tot een betere gezondheid voor een acceptabele prijs. Het is belangrijk om verder te onderzoeken wat het effect is van een precieze diagnose op de geheugenpoli.

Het onderzoek van Pieter en Hana maakt deel uit van het ABOARD-project.