VENI-subsidie voor Dr. Lyduine Collij voor onderzoek naar amyloïde-PET bij alzheimer

Dr. Lyduine Collij, onderzoeker bij de afdeling Radiologie en Nucleaire Geneeskunde van Amsterdam UMC, heeft een VENI-subsidie toegekend gekregen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). Met deze subsidie zal zij de komende jaren verder onderzoek doen naar nieuwe toepassingen van amyloïde-PET bij de ziekte van Alzheimer.

Amyloïde-PET is een beeldvormingstechniek die oorspronkelijk is ontwikkeld om amyloïd-β – een belangrijk pathologisch kenmerk van alzheimer – zichtbaar te maken in de hersenen. In haar VENI-project onderzoekt Dr. Collij hoe deze technologie breder ingezet kan worden, onder meer voor het in kaart brengen van hersendoorbloeding en de integriteit van de witte stof, die belangrijk is voor de communicatie tussen verschillende hersengebieden.

Daarnaast wil ze met behulp van nieuwe technieken, waaronder whole-body PET-scanners, ook de relatie tussen cardiovasculaire gezondheid en hersenveroudering beter in beeld brengen. Op die manier kan amyloïde-PET mogelijk niet alleen bijdragen aan vroegere en nauwkeurigere diagnostiek, maar ook aan betere voorspellingen over het verloop van de ziekte bij individuele patiënten.

Voortbouwen op bestaande expertise

Het onderzoek wordt uitgevoerd onder begeleiding van prof. dr. Frederik Barkhof en bouwt voort op bestaande expertise binnen Amsterdam UMC op het gebied van neurodegeneratieve aandoeningen en geavanceerde beeldvorming. Het project staat bovendien niet op zichzelf: het sluit aan bij bredere ontwikkelingen waarin verschillende neurologische ziekten, zoals alzheimer en multiple sclerose, met elkaar in verband worden gebracht via gedeelde mechanismen en beeldvormende technieken.

De VENI-subsidie maakt onderdeel uit van het NWO-Talentprogramma en is bedoeld voor veelbelovende onderzoekers die recent zijn gepromoveerd. De subsidie stelt hen in staat om gedurende drie jaar hun eigen onderzoekslijn te ontwikkelen. De toekenning aan Dr. Collij onderstreept de relevantie van haar werk binnen het veld van de dementieonderzoek en biedt ruimte voor verdere innovatie op het snijvlak van radiologie en neurologie.